Vogelbescherming Vlaanderen selecteerde net zoals voorgaande jaren 12 kandidaten voor de verkiezing van de Vogel van het Jaar. Welke vogelsoort is het volgens jou waard om in 2012 het kroontje van de Bosuil – de laureaat van 2011 – over te nemen? Je kan kiezen tussen twaalf verscheiden karaktertjes. Bewonder je het hippe, rode snoetje van de Putter? Heb je een boon voor grote afstandstrekkers zoals de Gierzwaluw? Of vind je de verdedigingstechnieken van de Kramsvogel gewoonweg te gek? Jij beslist welke soort voor jou het meest uniek is en het verdient om een jaartje in de spotlights te staan. Opgelet, je hebt nog precies één week de tijd om je stem uit te brengen. Op 30 november 2011 om middernacht worden de kieshokjes ontmanteld en kan het tellen van de stemmen beginnen. Surf als de bliksem naar www.vogelvanhetjaar.be en breng jouw stem uit. Je kan er bovendien een mooie prijs mee winnen!
Scholekster (Haematopus ostralegus)
De snavel van de Scholekster groeit per week bijna drie millimeter. Dat is nodig omdat die zeer snel slijt door voortdurend in de bodem naar voedsel te zoeken. Hij wordt eveneens gebruikt om mossels en kokkels open te wrikken. Van nature is het een kustvogel die zich vroeger enkel thuis voelde op stranden, slikken en schorren en in natte duinvalleien.
Heggenmus (Prunella modularis)
Bij de Heggenmus kiest het vrouwtje een gebied uit waar ze al zingend mannetjes lokt. Het mannetje dat komt opdagen, claimt het territorium. De vrouwelijke Heggenmus verleidt niet één maar twee mannetjes. Beide heren denken dat ze de vader van haar jongen zijn en helpen met het aanbrengen van voedsel. Handig toch, die extra hulp?
Kuifeend (Aythya fuligula)
Kuifeenden behoren tot de duikeenden die het diepst kunnen duiken, tot wel acht meter! Met een sprongetje duiken ze naar de bodem op zoek naar prooien. Ze zullen zelden of nooit met hun kontje boven water grondelen zoals Wilde Eenden dat doen. Sinds 1970 doet deze soort het goed in België en stijgen de aantallen gestaag.
Grauwe Vliegenvanger (Muscicapa striata)
Grauwe Vliegenvangers keren als laatste terug uit Afrika. De meeste vogels bereiken pas half mei het Belgische grondgebied. Als je de Grauwe Vliegenvanger waarneemt, is de lente dus in volle gang. Deze hyperactieve vogel zie je meestal van op een zitpost de omgeving afspeuren naar prooidiertjes, vooral vlees- en zweefvliegen maar soms ook vlinders.
Putter (Carduelis carduelis)
De snavel van het mannetje is ongeveer één millimeter langer dan die van het vrouwtje. Hierdoor kan het makkelijker dan het vrouwtje aan de zaadjes van kaardenbol. Op deze manier verminderen ze onderlinge concurrentie voor voedselbronnen. De spieren in de snavel zijn zo ontwikkeld dat ze meer kracht kunnen zetten bij het openen dan bij het sluiten.
Gierzwaluw (Apus apus)
Door hun relatief lange vleugels en korte poten – in verhouding met hun grootte – kunnen Gierzwaluwen niet opstijgen vanaf de grond. Ze laten zich van enkele meters hoogte vallen om tijdens die val op te stijgen. Eens in de lucht landen ze alleen nog om te broeden of de jongen te voeren. Omdat gierzwaluwen niet graag landen, slapen ze zelfs in de lucht.
Kokmeeuw (Chroicocephalus ridibundus)
Hoewel Kokmeeuwen in kolonies leven, houden ze een strikte afstand van minimum dertig centimeter tot hun soortgenoten. Hun ‘plekje’ beschermen ze zeer intensief. Een vrouwtje moet haar partner dan ook heel voorzichtig benaderen om een aanval te voorkomen. Door in kolonies te broeden, zijn er vele ogen om mogelijke predators op te merken.
Torenvalk (Falco tinnunculus)
Om zijn vliegcapaciteiten niet in gevaar te brengen, ruit een Torenvalk de pennen van zijn vleugels heel geleidelijk en gespreid over verschillende maanden. Op deze manier worden de oude en versleten veren toch minstens één keer per jaar vervangen. Een Torenvalk is al in zijn eerste levensjaar geslachtsrijp, wat relatief snel is voor dagroofvogels.
Dodaars (Tachybaptus ruficollis)
Als een Dodaars het nest even moet verlaten, bedekt hij de eieren met waterplanten. Op deze manier hoopt deze vogel predators te slim af te zijn en de eieren te beschermen. De Dodaars is de kleinste vogel die tot de familie van de futen behoort. Dit kleine, schuwe, donzen bolletje duikt tot ongeveer een meter diep in het water om voedsel te zoeken.
Zwarte Specht (Dryocopus martius)
Zwarte Spechten voeren soms rituele schijngevechten uit: twee mannetjes zitten samen op een dikke boom waarbij ze elk aan een kant van de stam zitten. Vervolgens klimmen of dalen ze in schokjes, terwijl ze afwisselend links en rechts van de stam naar elkaar komen kijken. Een wijfje zit in de buurt op uitkijk. Zo gaan ze door tot één van de twee opgeeft.
Kramsvogel (Turdus pilaris)
Kramsvogels beschermen hun nest door in groep potentiële predators te bombarderen. Als munitie gebruiken ze hun eigen uitwerpselen waarmee ze bijzonder goed kunnen mikken. Omdat uitwerpselen het verenkleed sterk beschadigen, leren roofvogels de Kramsvogel al snel te ontwijken. In Vlaanderen werd het eerste broedgeval pas in 1976 vastgesteld.
Koekoek (Cuculus canorus)
De jongen van de Koekoek vinden – nadat ze het nest verlaten hebben – zonder ooit een soortgenoot gezien te hebben, volledig zelfstandig de weg naar Afrika om er de winter door te brengen. In West-Europa worden meestal nesten van Heggenmus, Kleine Karekiet, Roodborst of Graspieper door de Koekoek verkozen om het ei in te droppen.
Wil je nog meer weten over deze twaalf prachtige vogelsoorten? Surf dan naar de website www.vogelvanhetjaar.be, ontdek nog meer toffe eigenschappen en breng er meteen ook je stem uit. Met jouw stem maak je trouwens kans om een van de vele mooie prijzen te winnen. Stuk voor stuk natuurgerelateerde producten om van te genieten, aangeboden door Vogelbescherming Vlaanderen, Vivara en Tirion Natuur. Stemmen kan je doen van 1 oktober tot en met 30 november 2011. Begin januari wordt de winnaar bekendgemaakt.
Scholekster (Haematopus ostralegus)
De snavel van de Scholekster groeit per week bijna drie millimeter. Dat is nodig omdat die zeer snel slijt door voortdurend in de bodem naar voedsel te zoeken. Hij wordt eveneens gebruikt om mossels en kokkels open te wrikken. Van nature is het een kustvogel die zich vroeger enkel thuis voelde op stranden, slikken en schorren en in natte duinvalleien.
Heggenmus (Prunella modularis)
Bij de Heggenmus kiest het vrouwtje een gebied uit waar ze al zingend mannetjes lokt. Het mannetje dat komt opdagen, claimt het territorium. De vrouwelijke Heggenmus verleidt niet één maar twee mannetjes. Beide heren denken dat ze de vader van haar jongen zijn en helpen met het aanbrengen van voedsel. Handig toch, die extra hulp?
Kuifeend (Aythya fuligula)
Kuifeenden behoren tot de duikeenden die het diepst kunnen duiken, tot wel acht meter! Met een sprongetje duiken ze naar de bodem op zoek naar prooien. Ze zullen zelden of nooit met hun kontje boven water grondelen zoals Wilde Eenden dat doen. Sinds 1970 doet deze soort het goed in België en stijgen de aantallen gestaag.
Grauwe Vliegenvanger (Muscicapa striata)
Grauwe Vliegenvangers keren als laatste terug uit Afrika. De meeste vogels bereiken pas half mei het Belgische grondgebied. Als je de Grauwe Vliegenvanger waarneemt, is de lente dus in volle gang. Deze hyperactieve vogel zie je meestal van op een zitpost de omgeving afspeuren naar prooidiertjes, vooral vlees- en zweefvliegen maar soms ook vlinders.
Putter (Carduelis carduelis)
De snavel van het mannetje is ongeveer één millimeter langer dan die van het vrouwtje. Hierdoor kan het makkelijker dan het vrouwtje aan de zaadjes van kaardenbol. Op deze manier verminderen ze onderlinge concurrentie voor voedselbronnen. De spieren in de snavel zijn zo ontwikkeld dat ze meer kracht kunnen zetten bij het openen dan bij het sluiten.
Gierzwaluw (Apus apus)
Door hun relatief lange vleugels en korte poten – in verhouding met hun grootte – kunnen Gierzwaluwen niet opstijgen vanaf de grond. Ze laten zich van enkele meters hoogte vallen om tijdens die val op te stijgen. Eens in de lucht landen ze alleen nog om te broeden of de jongen te voeren. Omdat gierzwaluwen niet graag landen, slapen ze zelfs in de lucht.
Kokmeeuw (Chroicocephalus ridibundus)
Hoewel Kokmeeuwen in kolonies leven, houden ze een strikte afstand van minimum dertig centimeter tot hun soortgenoten. Hun ‘plekje’ beschermen ze zeer intensief. Een vrouwtje moet haar partner dan ook heel voorzichtig benaderen om een aanval te voorkomen. Door in kolonies te broeden, zijn er vele ogen om mogelijke predators op te merken.
Torenvalk (Falco tinnunculus)
Om zijn vliegcapaciteiten niet in gevaar te brengen, ruit een Torenvalk de pennen van zijn vleugels heel geleidelijk en gespreid over verschillende maanden. Op deze manier worden de oude en versleten veren toch minstens één keer per jaar vervangen. Een Torenvalk is al in zijn eerste levensjaar geslachtsrijp, wat relatief snel is voor dagroofvogels.
Dodaars (Tachybaptus ruficollis)
Als een Dodaars het nest even moet verlaten, bedekt hij de eieren met waterplanten. Op deze manier hoopt deze vogel predators te slim af te zijn en de eieren te beschermen. De Dodaars is de kleinste vogel die tot de familie van de futen behoort. Dit kleine, schuwe, donzen bolletje duikt tot ongeveer een meter diep in het water om voedsel te zoeken.
Zwarte Specht (Dryocopus martius)
Zwarte Spechten voeren soms rituele schijngevechten uit: twee mannetjes zitten samen op een dikke boom waarbij ze elk aan een kant van de stam zitten. Vervolgens klimmen of dalen ze in schokjes, terwijl ze afwisselend links en rechts van de stam naar elkaar komen kijken. Een wijfje zit in de buurt op uitkijk. Zo gaan ze door tot één van de twee opgeeft.
Kramsvogel (Turdus pilaris)
Kramsvogels beschermen hun nest door in groep potentiële predators te bombarderen. Als munitie gebruiken ze hun eigen uitwerpselen waarmee ze bijzonder goed kunnen mikken. Omdat uitwerpselen het verenkleed sterk beschadigen, leren roofvogels de Kramsvogel al snel te ontwijken. In Vlaanderen werd het eerste broedgeval pas in 1976 vastgesteld.
Koekoek (Cuculus canorus)
De jongen van de Koekoek vinden – nadat ze het nest verlaten hebben – zonder ooit een soortgenoot gezien te hebben, volledig zelfstandig de weg naar Afrika om er de winter door te brengen. In West-Europa worden meestal nesten van Heggenmus, Kleine Karekiet, Roodborst of Graspieper door de Koekoek verkozen om het ei in te droppen.
Wil je nog meer weten over deze twaalf prachtige vogelsoorten? Surf dan naar de website www.vogelvanhetjaar.be, ontdek nog meer toffe eigenschappen en breng er meteen ook je stem uit. Met jouw stem maak je trouwens kans om een van de vele mooie prijzen te winnen. Stuk voor stuk natuurgerelateerde producten om van te genieten, aangeboden door Vogelbescherming Vlaanderen, Vivara en Tirion Natuur. Stemmen kan je doen van 1 oktober tot en met 30 november 2011. Begin januari wordt de winnaar bekendgemaakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten